Home » Nieuws & achtergrond » Vererving volgens de wet?

Vererving volgens de wet?

19 mei 2020

Erfrechtadvocaat Erik Luursema bespreekt een bijzondere situatie die laat zien hoe belangrijk het is om een testament op te maken.

"Een testament is bij uitstek het middel om te bepalen wat er met een nalatenschap gebeurt"

De wet geeft in Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek regels over de vererving van een nalatenschap. Vererving vindt staaksgewijs plaats. Dat houdt in dat in de wet groepen personen zijn opgenomen die in een bepaalde volgorde in aanmerking komen als erfgenaam. Wanneer er geen persoon (meer) bestaat, dat wil zeggen in leven is, in een bepaalde groep, dan schakelt men door naar de volgende. Net zolang tot er een erfgenaam of een groep erfgenamen is gevonden.

Artikel 4:10 lid 1 BW bepaalt het volgende:

De wet roept tot een nalatenschap als erfgenamen uit eigen hoofde achtereenvolgens:

a. de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot van de erflater tezamen met diens kinderen;
b. de ouders van de erflater tezamen met diens broers en zusters;
c. de grootouders van de erflater;
d. de overgrootouders van de erflater.

Bovenstaande volgorde geeft (rechts)zekerheid wanneer er geen testament is opgemaakt. Let wel: van deze wettelijke volgorde kan dus worden afgeweken met een testament. Dat betekent dat alle groepen uit dit artikel kunnen worden uitgesloten als erfgenaam, of daarin een andere volgorde kan worden aangebracht.

In een erfrechtelijke kwestie, die in de zomer van 2016 vanwege de omstandigheden die tot het overlijden hebben geleid, al het landelijk nieuws haalde, heeft het Gerechtshof Den Haag deze maand arrest gewezen. Wat er speelde is voor de erfrechtelijke praktijk van belang.

De feitelijke situatie

Een pasgetrouwd stel uit Voorburg was in juni 2016 op huwelijksreis naar de Dominicaanse republiek. Wat een prachtige reis had moeten worden, verliep uiteindelijk dramatisch: beide echtgenoten overleden aan de gevolgen van voedselvergiftiging. Tussen het overlijden van beide echtgenoten zat slechts 23 minuten verschil. De vrouw overleed eerder dan de man. Zij hadden beiden geen testament. Daarom komen we uit bij het bepaalde in art. 4:10 lid 1 BW, dat we hierboven beschreven.

Omdat de vrouw eerder overleed, erfde de man van haar en wegens het overlijden van de man ging zijn nalatenschap en dus alles dat hij van zijn bruid had geërfd naar de ouders van de man. Dat gevolg voltrok zich dus in deze luttele 23 minuten.

Daar stak de Rechtbank Den Haag een stokje voor, zo blijkt uit de uitspraak van 16 januari 2019.

Rechtbank Den Haag

Erflaters waren getrouwd, zonder huwelijkse voorwaarden te hebben opgemaakt. Er was dus sprake van een huwelijksgoederengemeenschap, waarin beide echtgenoten voor de helft gerechtigd waren. De omvang van deze huwelijksgemeenschap was ten tijde van het overlijden ongeveer EUR 200.000,--.

De rechtbank stelde vast dat erflaters geen testament hadden opgemaakt waarin zij over hun nalatenschap hadden beschikt. Over de mogelijkheid dat zij kort na elkaar zouden kunnen overlijden tijdens hun huwelijksreis hadden zij, zo stelde de rechtbank vast, kennelijk niet nagedacht. De vraag kan uiteraard worden gesteld wie wél rekening had gehouden met een dergelijke situatie.

De rechtbank heeft voor de beoordeling van het onderhavige geschil stilgestaan bij het bepaalde in art. 4:2 BW te weten de zogenoemde "commoriëntenregel". Dit artikel bepaalt dat als de volgorde waarin twee of meer personen zijn overleden niet kan worden bepaald, de erflaters geacht worden gelijktijdig te zijn overleden. Juridisch is daarvan het gevolg dat indien deze regel kan worden toegepast, artikel 4:10 lid 1 onder a BW niet van toepassing is. Erflaters kunnen dan niet van elkaar erven omdat ze gelijktijdig zijn gestorven.

Omdat kon worden vastgesteld dat er 23 minuten tussen het overlijden van erflaters zat, diende te worden vastgesteld dat de commoriëntenregel niet van toepassing was. Artikel 4:10 lid 1 onder b is dan van toepassing, wat betekent dat de ouders erven van hun overleden kind.

Desalniettemin oordeelde de rechtbank dat er juridische redenen waren om de nalatenschap van de vrouw niet bij de ouders van de man terecht te laten komen. Naar het oordeel van de rechtbank zou het onder deze omstandigheden vasthouden aan de wettelijke volgorde zoals opgenomen in de wet, met als gevolg dat het gehele vermogen van de vrouw terecht zou komen bij de familie van de man, indruisen tegen het rechtsgevoel en zou naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn.

Op grond van het bepaalde in art. 6:2 lid 2 BW heeft de rechtbank om die reden van de wettelijke volgorde afgeweken.

De vraag die moet worden gesteld is of met deze beslissing de rechtszekerheid wel gediend is. Of heeft de rechtbank wellicht een teveel door emotie ingegeven beslissing genomen?

Gerechtshof Den Haag

De erfgenamen van de man waren het niet eens met de beslissing van de rechtbank en hebben daartegen hoger beroep ingesteld. In die procedure zijn de overwegingen en de daarop gestoelde beslissingen van de rechtbank herbeoordeeld. Op 12 maart 2020 heeft het Gerechtshof arrest gewezen. Daaruit blijkt dat het hoger beroep tot een andere uitkomst heeft geleid dan de procedure in eerste aanleg.

Evenals de rechtbank heeft het Gerechtshof geoordeeld dat de commoriëntenregel geen directe rol speelt in deze casus. Immers, vastgesteld kon worden dat erflaters niet gelijktijdig maar na elkaar zijn overleden.

De aandacht van het Gerechtshof werd vervolgens gericht op het argument dat namens de erfgenamen van de vrouw werd aangevoerd, inhoudende dat in bepaalde gevallen op grond van de redelijkheid en billijkheid een bepaalde rechtsregel buiten toepassing kan worden gesteld.

Ter zake oordeelde het Gerechtshof dat het bepaalde in art. 6:2 BW ook in het erfrecht van toepassing is. De vervolgvraag is dan of op grond daarvan in deze zaak artikel 4:10 lid 1 onder a BW buiten toepassing kon worden gelaten. Anders dan de rechtbank vond het Gerechtshof dat dit niet het geval is.

Het Gerechtshof overwoog dat het beginsel van rechtszekerheid een belangrijk rechtsbeginsel in het erfrecht is. Rechtszekerheid betekent dat er zekerheid is over wat de regels inhouden in een specifieke situatie. Dat geldt zowel voor de erfgenamen als voor anderen. Van praktisch belang is namelijk dat snel definitief vaststaat op wie de goederen in de nalatenschap zijn overgegaan. Onzekerheid daarover belemmert de (definitieve) afwikkeling van een nalatenschap en een ordelijk rechtsverkeer.

Het Gerechtshof was dan ook van oordeel dat gelet op de aard van het erfrecht de rechter dan ook extra voorzichtig moet zijn om op grond van artikel 6:2 lid 2 BW een erfrechtelijke regel buiten toepassing te laten.

Nadat het Gerechtshof alle concrete gevolgen van het wel of niet toepassing zijn van art. 4:10 BW had afgewogen, werd tot een ander oordeel gekomen dan de rechtbank. De eindconclusie was dat toepassing van de wet niet zodanige gevolgen zou hebben die naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn. Dat betekende dat de ouders van de man alsnog zullen erven van hun schoondochter via de nalatenschap van hun zoon.

Conclusie

Voor de praktijk is dit arrest van belang vanwege het feit dat (zelfs) in een situatie als hierboven besproken er geen aanleiding bestond om bij gebrek aan testamenten de vererving op een andere manier dan bepaald in de wet te laten verlopen. Men kan zich afvragen hoe vaak situaties bijzonderder dan hierboven besproken aan de orde zijn. In al die gevallen regelt de wet de vererving, hoe oneerlijk de gevolgen daarvan ook zijn.

Een testament is bij uitstek het middel om te bepalen wat er met een nalatenschap gebeurt, zeker voor de gevallen waarin het overlijden een gevolg is van een zeer bijzondere situatie. Laat dan ook niet na om een testament op te maken.

Heeft u vragen over dit onderwerp? Neem contact op, we helpen u graag.

Heeft u vragen na het lezen?

Wij bellen u graag terug.

Erfrecht: een luisterend oor, een zakelijke aanpak

Elk overlijden gaat gepaard met emoties. Er komt regelmatig 'oud zeer' naar boven. Lukt het niet de nalatenschap af te wikkelen? Dan kan de notaris of een van de erfgenamen erfrechtadvocaat Erik Luursema inschakelen...

Erfrecht

Wanneer het niet lukt om een nalatenschap af te wikkelen

Een nalatenschap afwikkelen blijkt in de meeste gevallen geen probleem. De erfgenamen komen dan gezamenlijk tot afspraken, al dan niet met hulp van de notaris. Een nalatenschap kan in beginsel niet worden...

Artikel